Présences électronique, het 3-daagse festival gecureerd door het GRM, vindt dit jaar al voor de 10e keer plaats. Het festival programmeert het boeiendste van de hedendaagse elektronica gecombineerd met enkele groten uit de rijke geschiedenis van het GRM, het Parijse instituut waar o.a. Pierre Schaeffer, Pierre Henry, Iannis Xenakis en de onlangs overleden Bernard Parmegianni aan verbonden waren en die zich sinds 1958 toelegt op de creatie en ontwikkeling van musique concrète en elektronische muziek.
kort interview met de Christian Zanési en François Bonnet van GRM over het festival:
De locatie waar het festival plaatsvindt, is het prachtige Le Centquatre. Gelegen op de grens van het 18e en 19e arrondissement, waar de stad overgaat in zijn banlieus, is deze vroegere ‘stedelijke dienst voor begrafenissen’ omgevormd tot een kunstencentrum / buurthuis / ontmoetingsplaats. Je vindt er concertzalen, repetitieruimtes, ateliers, een bookshop, een restaurant, een café, een bio winkel, een kringwinkel, een ‘artistieke’ kinderopvang……
Op zowat elke vrije ruimte zijn er jongeren hun streetdance skills aan het oefenen, jonge acteurs een theaterstuk aan het instuderen of zitten jonge koppels gewoon te genieten van deze bruisende omgeving. Op de wekelijkse biomarkt heerst een gezellige drukte en tussen de opgestelde kunstinstallaties lopen kinderen te spelen.
Je voelt dadelijk dat dit een ontmoetingsplaats is waar zowel mensen uit de buurt, de ‘culturele meerwaardezoeker’ en de jonge hippe Parijse gezinnetjes hun gading vinden.
De concerten vinden plaats in 2 zalen. De ‘Salle 400’, een concertzaal waar het podium centraal staat en het publiek (350 plaatsen) rond de artiesten zit, en in ‘Le Nef Curial’, de centrale overdekte hal, waar een groot podium is opgesteld en 700 plaatsen zijn.
Beide ruimtes zijn uitgerust met een multi-speaker installatie (respectievelijk 26 en 32 speakers) wat de opvoeringen een extra dimensie geeft en je je als toeschouwer helemaal omgeven voelt door de muziek.
We pikken in op de 2e festivaldag die geopend wordt door Beatriz Ferreyra en Christine Groult. Deze dames, respectievelijk 77 en 64 jaar, brengen met ‘Nahash’ een puur ‘musique concrète’ compositie waarbij een sampler (laptop) en 4 Revox tape recorders gebruikt worden. Het is een indrukwekkend stuk waarbij ze de hele duur van de opvoering de volle aandacht van het publiek krijgen en beloond worden door een warm applaus.
2e opvoering is een compositie voor prepared basgitaar van de Frans geluidskunstenares Pôm Bouvier D. Terwijl zij een vooraf opgenomen compositie door de speakers jaagt haalt bassiste Floy Krouchi de gekste klanken uit haar basgitaar die ze bewerkt met een strijkstok, aluminiumfolie, e-bow en een bottleneck. Het werk is eerder minimalistisch maar ook nu is het publiek erg aandachtig en de appreciatie nadien groot.
Afsluiten in Salle 400 doen we met Bertrand Gauguet. Deze saxofonist heeft speciaal voor het vanavond een elektronisch werk gemaakt. Zijn compositie is vooraf in multitrack opgenomen en ook hier bedient de artiest enkel de mengtafel. Dit stuk kan me minder boeien en, aan de mensen die de zaal verlaten tijdens de opvoering te zien, ben ik niet alleen.
Na een korte pauze gaat het 2e deel van de avond door aan het grote podium in Le Nef Curial.
Als ode aan de in november 2013 overleden Parmegianni wordt er gestart met zijn compositie Pop’electric. Erg indrukwekkend om dit via de vele speakers rond en boven ons te kunnen beluisteren en het bevestigd nog maar eens dat hij een uniek componist was die wars van alle tendensen zijn ding is blijven doen.
Eerste hoofdact op zaterdag is Matmos, waarschijnlijk de belangrijkste reden dat er +700 man komen opdagen is vanavond. De heren maken het echter niet makkelijk voor publiek, ze spelen slechts 2 stukken. Een eigen compositie waar het ritme wordt aangegeven door een metronoom waarvan we de schaduw op een groot scherm geprojecteerd zien. En het laatste deel van ‘Perfect Lives, Private Parts’ , een opera van avant-garde componist Robert Ashley, die ook op het festival had moeten staan maar die begin maart kwam te overlijden. Het is een erg mooi stuk waarbij M.C. Schmidt akoestische gitaar speelt en de tekst declameert en Drew Daniel de elektronica bedient en alles een bevreemdende sfeer geeft.
Afsluiter van de avond is Fennesz die, net zoals enkele weken geleden toen ik hem in ‘t Stuk zag, een erg geïnspireerde set speelde waarbij de gitaar meer dan ooit een hoofdrol speelt en ook nu weer door merg en been snijd. Een waardige afsluiter voor de 2e avond van dit festival waarbij Fennesz alweer eens laat zien dat hij een uniek artiest is met een heel eigen aanpak en sound.
De laatste dag van het festival start met alweer een ode, deze keer aan de in september 2013 overleden Nederlandse componist Dick Raaymakers. Ze vallen als vliegen tegenwoordig, die vroege pioniers van de elektronische muziek.
Van Raaymakers horen we een diffusie van 4 van zijn composities, gemixt door Gabriel Paiuk.
Alweer is het publiek massaal aanwezig en kunnen we, dankzij de goede akoestiek van de Salle 400 en de vele speakers rond en boven ons, ten volle genieten van deze unieke muziekstukken.
2e aan de beurt is het Franse duo OttoannA. Hun stuk is opgebouwd uit elektronische en elektroakoestische klanken en field recordings. Rodolphe Alexis bedient het mengpaneel en Valérie Vicancos stuurt met behulp van haar laptop de klanken de hele zaal door. Ze maken op een creatieve manier gebruik van de vele speakers wat de luisterervaring ten goede komt maar het werk op zich kan me niet blijven boeien.
Als laatste in Salle 400 op deze zondag mag Asmus Tietchens het mengpaneel komen bedienen. De verwachtingen zijn duidelijk hooggespannen voor deze Duitse experimentele elektronica pionier die de laatste tijd terug veel aandacht krijgt en waarvan er de komende weken verschillende reissues op het Bureau B label uitkomen. Met 4 cd-spelers en een mengtafel brengt hij, helemaal in de lijn van wat te verwachten is, een erg abstracte set. Niet evident, maar wel mooi.
De laatste concerten van het festival vinden terug plaats in Le Nef Curial. Om stipt 20u mag daar Jean Scharwz, een oudgediende van het GRM , de avond openen. De 75 jarige Schwarz wordt met een warm applaus ontvangen. Van aan de FOH stuurt hij zijn laatste compositie, Swan, een ode aan Parmegianni, de zaal in. Het is alweer een pure musique concrète stuk maar wel één van top niveau.
Als opwarmer voor de hoofdact van het festival brengen Xavier Garcia en Lionel Marchetti hun ‘Performance pour ordinateur, clavier, magnétophones et micros’. Ze vinden al snel een mooi evenwicht tussen de electronika, de taperecorder en de met contactmicrofoons uitgeruste objecten, zodat hun musique concrète compositie veel bijval krijgt bij het publiek.
Ten slotte komen de heren van de legendarische Nurse With Wound, aangevoerd door Steven Stapleton, het podium op. We zien gitaren, een basgitaar, een saxofoon (jammer genoeg niet van Eberhard Kraneman) en veel elektronica opgesteld. Hun 1 uur lange set start erg donker en heeft een bijna hypnotiserend effect op het massaal opgekomen publiek. Het ene moment ruist hun dark ambient zachtjes door de speakers waarna ze enkele ogenblikken later in een drive gaan waarbij de hele zaal davert op de zware industriële sound. Nurse With Wound kan helemaal overtuigen en ze bewijzen dat ze na meer dan 30 jaar nog steeds actueel klinken en boeiende muziek blijven maken.
Présences électronique is een festival waar de muziek centraal staat, waar de luisteraar in de watten gelegd wordt, niet enkel door de hoge artistieke kwaliteit, maar ook door het luistercomfort. Er is een groot wederzijdse respect tussen artiest en publiek, zo zag je er bijvoorbijld niemand foto’s nemen of filmen. Er is voldoende tijd tussen de concerten, je moet je er niet haasten van de ene zaal naar de andere en je ziet geen schreeuwerige reclame van sponsors. Zeker een aanrader om de volgende jaren in je agenda aan te vinken.